Summary
Dutch to Spanish:   more detail...
  1. solospel:


Dutch

Detailed Translations for solospel from Dutch to Spanish

solospel:

solospel [het ~] noun

  1. het solospel
    el solo

Translation Matrix for solospel:

NounRelated TranslationsOther Translations
solo solospel alleenzang; solo; solodeel; solopartij; solozang
ModifierRelated TranslationsOther Translations
solo afzonderlijk; alleenstaand; apart; een; eentje; enkel; enkelvoudig; gescheiden; losstaand; onafhankelijk; op zich; op zichzelf; op zichzelf staand; separaat; single; vereenzaamd; vrijstaand