Dutch
Detailed Translations for deporteren from Dutch to French
deporteren:
-
deporteren (uitzetten)
déporter; expulser-
déporter verb (déporte, déportes, déportons, déportez, déportent, déportais, déportait, déportions, déportiez, déportaient, déportai, déportas, déporta, déportâmes, déportâtes, déportèrent, déporterai, déporteras, déportera, déporterons, déporterez, déporteront)
-
expulser verb (expulse, expulses, expulsons, expulsez, expulsent, expulsais, expulsait, expulsions, expulsiez, expulsaient, expulsai, expulsas, expulsa, expulsâmes, expulsâtes, expulsèrent, expulserai, expulseras, expulsera, expulserons, expulserez, expulseront)
-
Conjugations for deporteren:
o.t.t.
- deporteer
- deporteert
- deporteert
- deporteren
- deporteren
- deporteren
o.v.t.
- deporteerde
- deporteerde
- deporteerde
- deporteerden
- deporteerden
- deporteerden
v.t.t.
- heb gedeporteerd
- hebt gedeporteerd
- heeft gedeporteerd
- hebben gedeporteerd
- hebben gedeporteerd
- hebben gedeporteerd
v.v.t.
- had gedeporteerd
- had gedeporteerd
- had gedeporteerd
- hadden gedeporteerd
- hadden gedeporteerd
- hadden gedeporteerd
o.t.t.t.
- zal deporteren
- zult deporteren
- zal deporteren
- zullen deporteren
- zullen deporteren
- zullen deporteren
o.v.t.t.
- zou deporteren
- zou deporteren
- zou deporteren
- zouden deporteren
- zouden deporteren
- zouden deporteren
en verder
- ben gedeporteerd
- bent gedeporteerd
- is gedeporteerd
- zijn gedeporteerd
- zijn gedeporteerd
- zijn gedeporteerd
diversen
- deporteer!
- deporteert!
- gedeporteerd
- deporterend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Translation Matrix for deporteren:
Verb | Related Translations | Other Translations |
déporter | deporteren; uitzetten | afscheiden; afvoeren; lozen; meedragen; uitscheiden; uitstoten; uitwerpen; wegdragen; wegsjouwen; wegslepen; wegvoeren |
expulser | deporteren; uitzetten | afnemen; afzonderen; bannen; bezweren; ecarteren; eraf schoppen; lichten; uitbannen; uitdrijven; uitgooien; uitstoten; uitwerpen; uitwijzen; uitzetten; verbannen; verdrijven; verjagen; verplaatsen; vervreemden; verwijderen; wegbrengen; wegdoen; weghalen; wegjagen; wegnemen; wegwerken |
Wiktionary Translations for deporteren:
deporteren
Cross Translation:
verb
-
onder dwang wegvoeren uit een gebied
- deporteren → déporter
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• deporteren | → déporter | ↔ deport — to evict, especially from a country |